Diamond-Blackfan Anemie

Diamond-Blackfan Anemie Syndroom

Gentherapie voor DBAS

Zijn er meerdere paden mogelijk ?

De ontwikkeling van gentherapie voor het Diamond-Blackfan Anemia Syndrome (DBAS) is een uitdaging. DBAS wordt veroorzaakt door mutaties in verschillende genen die elk coderen voor een ander ribosomaal eiwit. Bij gentherapie moeten er evenveel verschillende genen gerepareerd worden. De aanpak voor verschillende genen kan hetzelfde zijn, maar het ontwikkelen van ieder afzonderlijk gentherapieproduct is kostbaar en arbeidsintensief.

Een onderzoeksgroep in Boston (VS) heeft echter een andere aanpak gekozen die wel algemeen toepasbaar zou kunnen zijn. Zij menen dat de sleutel bij GATA1 ligt. Het eiwit GATA1 heeft een zeer belangrijke functie in de productie van rode bloedcellen. GATA1 is een zogenaamde transcriptiefactor en zorgt ervoor dat een groot aantal genen hun functie kan uitoefenen, specifiek in rode bloedcellen. In cellen van DBAS-patiënten worden een aantal eiwitten slecht aangemaakt. GATA1 is één van die eiwitten.

De onderzoekers in Boston hebben een gentherapieproduct ontwikkeld om de productie van GATA1 te verhogen, specifiek in de voorlopercellen van rode bloedcellen. Ze hebben bloedvormende (stam)cellen van DBAS-patiënten behandeld met dit product. Het resultaat is een aanzienlijke verbetering van de aanmaak van rode bloedcellen, zowel na het uitgroeien van de cellen in een kweekschaaltje als wanneer de cellen worden getransplanteerd in een geschikt muismodel.

De onderzoekers willen het gentherapieproduct nu testen in een klinische studie. Ze hopen goedkeuring te krijgen van de betrokken Amerikaanse autoriteiten om DBAS-patiënten te behandelen met het product. Ze denken dat het verhogen van GATA1 een efficiëntere methode is dan het repareren van het gemuteerde gen, omdat er maar één product nodig is voor een groep patiënten met mutaties in verschillende genen die coderen voor ribosomale eiwitten. Ze denken dat het herstellen van de juiste hoeveelheid GATA1 alle symptomen in de bloedaanmaak kan voorkomen.

Zolang we niet zeker weten of dit in de praktijk ook zo is, lijkt het verstandig om een tweesporenbeleid te volgen. Het is aan te raden om parallel aan deze aanpak door te gaan met het ontwikkelen van een efficiënte methode om de aangedane genen te repareren, totdat duidelijk is wat de voor- en nadelen zijn van beide methoden. Het is ook belangrijk om niet te vergeten dat bij een complexe aandoening als DBAS alleen de vorming van rode bloedcellen wordt aangepakt – het belangrijkste, maar vaak niet het enige symptoom van DBAS.

Meer informatie over dit onderzoek

Tekst dec. 2024 Dr. M (Marieke) von Lindern

Aansluiten bij Stichting Zeldzame Bloedziekten?

Patiëntengroepen kunnen voor facilitaire ondersteuning terecht bij onze stichting!
Voor een eigen domein binnen de website, een digitaal kantoor, een e-nieuwsbrief en een gemeenschappelijke toolkit met handige formats, en meer.
Geïnteresseerd? Stuur een bericht naar [email protected]